28 februari 2022 • 5 #ReadTime#
Bij Unilin Group geloven we in mensen: in hun potentieel en waarden die passen bij het DNA van ons bedrijf (passie, ondernemerschap, uitmuntendheid en respect). De rest kunnen we trainen. Daarom geven we iedereen de kans om zich via interne opleidingen verder te ontwikkelen. De taal mag daarbij geen barrière vormen. Dus bieden we onze anderstalige collega’s een taalbad Nederlands en persoonlijke taalcoaching aan. Deze collega’s vertellen hoe zij dat ervaren hebben.
Ramona staat sinds oktober vorig jaar aan de persmachine bij Unilin Group. De half Roemeens-half Hongaarse woont bijna 6 jaar in België, maar Nederlands sprak ze nog niet echt.
Toen ik in België arriveerde ben ik wel begonnen met avondschool. Maar de combinatie met mijn job was niet vol te houden. In de bedrijven waar ik voor Unilin Group werkte, sprak ik Engels met mijn collega’s, uit gemak. Ik spreek vijf talen, maar Nederlands vind ik de moeilijkste taal om te leren. Bovendien spreken veel mensen hier dialect (lacht). Maar ik doe mijn best, met de hulp van mijn collega’s die me dwingen om Nederlands te praten en onze taaltrainster Nathalie. Nathalie is een heel positieve persoon die ons enorm motiveert. Ze luistert naar ons als we aangeven dat het te veel of te snel is.”
Zo’n twee jaar geleden kwam Ahmed uit Syrië in België terecht. Na passages in Namen en in Brussel woont hij ondertussen bijna anderhalf jaar jaar in Waregem. Vorig najaar startte hij op de persafdeling van Unilin Flooring, waar hij mee instaat voor de kwaliteitscontrole.
Toen ik hier begon, sprak ik geen woord Nederlands. Wel mijn moedertaal Arabisch, Turks en Engels. Daarom heb ik het taalbad bij Nathalie gevolgd, omdat ik Nederlands nodig heb om mijn job goed te kunnen doen. Drie weken was kort, drie maanden was beter geweest (lacht), dus nu oefen ik zoveel ik kan. Het is de voertaal op de werkvloer. Mijn collega’s spreken altijd Nederlands met mij, ook omdat ze geen Engels kunnen (lacht). Dat is wel Nederlands met een West-Vlaams accent, maar beetje bij beetje begrijp ik het. Elke dag gaat het beter. Ik heb tijd nodig om woorden bij te leren, want het is een erg moeilijke taal om uit te spreken voor mij. Tussen mijn moedertaal en het Nederlands is er ook totaal geen gelijkenis.”
Na zijn uren volgt Ahmed twee keer per week Nederlandse les in het volwassenenonderwijs. “Ik wil aan de universiteit van Kortrijk mijn masterdiploma boekhouding behalen, want dat heb ik ook gestudeerd in Syrië. Alle lessen zijn in het Nederlands, dus mijn niveau moet nog een pak hoger. Ik schat dat ik nog twee jaar les moet volgen om het goed genoeg te spreken. En in tussentijd oefen ik waar ik kan, elke dag.”
Hamza arriveerde uit Bulgarije in België, bij de start van de eerste lockdown. De zoektocht naar werk leverde de voorbije jaren vooral zware handenarbeid op.
Het maakte mijn bazen niks uit dat ik geen Nederlands kon, zolang ik het werk uitvoerde.”